Ron Peters over de rol van de bonden in de ontwikkeling van FUWA-Rijk
Ilse Wortelboer, organisatieadviseur bij O&P Rijk, interviewt tijdens het project FUWA-Rijk een aantal betrokkenen. Het vierde interview in deze reeks is met Ron Peters. Ron is werkzaam als beleidsadviseur beloning & functiewaardering bij de FNV. Ron is lid van de ontwikkelgroep van FUWA-Rijk.
Hoe ervaar je het project FUWA-Rijk als lid van de ontwikkelgroep? En wat brengt het jou tot nu toe?
“Ik vind het heel interessant. Dit is het meest vergaande en in die zin boeiende project wat ik in al mijn jaren als beleidsadviseur heb meegemaakt. De Rijksoverheid is zo’n grote organisatie, met eigen gewoontes die ik tot dusver niet kende. Het is ook voor het eerst dat ik meedenk over het bouwen van een totaal nieuw systeem, in plaats van aanpassingen te doen aan een bestaand systeem of mee te werken aan vernieuwing of uitbreiding van referentieprofielen die horen bij een systeem”
Je bouwt met de ontwikkelgroep een nieuw functiewaarderingssysteem dat op sommige punten echt anders is dan alle andere systemen. Welke aspecten zijn in jouw ogen echt nieuw? En hoe denk jij dat deze vernieuwing gaat uitpakken in de praktijk?
“We bouwen aan een systeem dat kan leiden tot wijzigingen in de rangorde. Daarmee maken we echt een sprong in het diepe. Wat ik goed vind, is dat bepaalde aspecten die in andere systemen vaak impliciet worden meegewogen (maar dan moet je daar wel alert op zijn) in FUWA-Rijk expliciet worden gemaakt, zoals het sociaal-emotionele aspect en de maatschappelijke impact van een functie. Het brede belang voor de buitenwereld is bij een aantal functies binnen het Rijk absoluut aan de orde. Ik vind dat een waarde-toevoeging; het maakt het een systeem dat eigen is voor het Rijk.”
Je vertegenwoordigt in de ontwikkelgroep de werknemers via de FNV. Waar let jij vooral op bij de bouw van FUWA-Rijk als werknemersvertegenwoordiger?
“Ik zit er als materiedeskundige, maar ik kijk natuurlijk ook door mijn vakbond-bril. In die rol kijk ik bij functiewaardering niet alleen naar het systeem maar ook naar de procedurele kant: hoe komen bijvoorbeeld de (generieke) functieomschrijvingen tot stand? Worden medewerkers voldoende betrokken? En is er een goede geschillenprocedure? Ik zeg altijd tegen onze leden: het is 10% techniek en 90% procedures en betrokkenheid. Dat het meetsysteem goed is, dat geloven medewerkers wel. In het geval van het Rijk is het Functiegebouw Rijk van belang voor een gedegen toepassing.”
FUWA-Rijk wordt vastgesteld op de tafel van het Sectoroverleg Rijk (SOR), waar werkgever en vakbonden het eens moeten worden over het nieuwe systeem. Vanuit de vakbond voeren bestuurders de onderhandelingen aan de SOR-tafel. Welke factoren spelen allemaal een rol bij de besluitvorming naast de inhoudelijke kant van het systeem? Wat is belangrijk voor de vakbond?
“Zoals ik al zei, zit de crux bij functiewaardering of bij toepassing van een functiegebouw vooral in het procedurele vlak. Hoe zorg je ervoor dat het niet een eenzijdig management-verhaal wordt? Het is belangrijk dat er bij functiewaardering of bij indeling van werkzaamheden in een functiegebouw een vorm van hoor en wederhoor is en dat alles in openheid gebeurt. Daar ligt voor mij het grootste belang voor het SOR: maak voor het Rijk goede afspraken over implementatie en toepassing van een FGR waarin de rangorde van FUWA-Rijk opgenomen is.”
Wat zijn volgens jou de grootste uitdagingen van de bouw en implementatie van FUWA-Rijk?
“Dit is een vergaande exercitie. Ik heb in andere sectoren ook wel meegemaakt dat er een ander of gewijzigd indelingsinstrument kwam. Dan heb je de vraag: ga je alle werkgevers vanaf een bepaalde datum verplichten om alle functies opnieuw in te gaan delen met het nieuwe of gewijzigde instrument? Of ga je een gefaseerd model hanteren, waarbij je bij nieuwe of gewijzigde functies het nieuwe instrument moet gebruiken en waarbij oude functies nog met het oude instrument blijven ingedeeld? Dat laatste model is meer organisch, maar dan heb je wel langdurig twee instrumenten naast elkaar. Dan kun je scheve verhoudingen krijgen. Het invoeren per één bepaalde datum heeft de voorkeur in het kader van gelijkwaardige behandeling, maar dit moet wel haalbaar zijn. Wat voor het Rijk de beste oplossing is weet ik niet, dat is afhankelijk van de context. Het zijn twee smaken met allebei voordelen en nadelen.”
Wat zou je lezers van dit artikel nog expliciet willen meegeven?
“Als vakbondsman wil ik meegeven: functiewaardering is een compromis tussen sociale partners, zodat je niet over de beloning van elke functie apart hoeft te onderhandelen. Het is niet alleen een systeem van de werkgever, maar het is een instrument waar beide partijen voldoende vertrouwen in moeten hebben. Bij het proces van functie-indeling moeten medewerkers altijd goed en voldoende betrokken worden!”