Sociale zekerheid: de zeven grootste valkuilen voor beginnend leidinggevenden

Weblogs

Tijdens de training Sociale Zekerheid, onderdeel van het Programma voor beginnend leidinggevenden, worden beginnende managers geïnformeerd over de rechtspositie en wettelijke regels bij ziekte, arbeidsongeschiktheid en WW/Bovenwettelijke WW. Als leidinggevende heb je een wettelijke taak bij ziekte en arbeidsongeschiktheid. Ook bij ontslag van een medewerker speel je als manager een belangrijke rol. 

Een aantal vraagstukken levert tijdens deze training veel discussie op. In dit weblog geeft een van de trainers een eerste antwoord op deze discussiepunten. Antwoorden die ook voor ervaren leidinggevenden interessant zijn.

1. Wat mag ik vragen als mijn medewerker zich ziekmeldt? 

Je mag vragen hoe lang de medewerker denkt dat het gaat duren, welke lopende werkzaamheden overgenomen moeten worden en welke hij/zij nog zelf kan doen. Ook mag je vragen waar iemand te bereiken is. Bij een ongeval mag je vragen of een ander hiervoor aansprakelijk is en je mag de medewerker vragen of hij/zij onder een vangnetregeling van de Ziektewet valt (ziekte door zwangerschap, orgaandonatie, no-riskpolis of compensatieregeling).  Je krijgt dan als werkgever een deel van de loonkosten van de medewerker vergoed. 

2. En wat mag ik de medewerker niet vragen? 

Medische gegevens zijn bijzondere persoonsgegevens op grond van de AVG en je mag daarom niet vragen: wat heb je? Vaak zegt de medewerker spontaan wat er speelt. Deze medische gegevens mag je dan niet opschrijven. De bedrijfsarts mag uiteraard wel medische gegevens opvragen en vastleggen. De bedrijfsarts vertaalt deze voor je naar wat de medewerker wel of niet kan, zodat je samen met de medewerker de re-integratie kan oppakken.
 

3. Mijn medewerker wil niet naar de bedrijfsarts. Wat nu?

Als een medewerker weigert naar de bedrijfsarts te gaan, kun je als werkgever niet vaststellen of er recht is op loondoorbetaling (artikel 7:629 BW). Jij bent immers geen arts. De medewerker is verplicht mee te werken aan het bepalen of hij/zij ziek is en daarvoor is contact met de bedrijfsarts nodig. Is de medewerker na een nieuwe uitnodiging niet verschenen, dan moet je hem/haar schriftelijk waarschuwen dat hij/zij verplicht is mee te werken en dat bij het nogmaals niet verschijnen de loondoorbetaling wordt opgeschort. Komt de medewerker zonder goede reden weer niet naar de bedrijfsarts dan kun je het loon schriftelijk opschorten. Gaat de medewerker daarna alsnog naar de bedrijfsarts, dan krijgt hij alsnog het loon uitbetaald. Het is verstandig jouw arbeidsjurist van UBR|AAA hierbij te betrekken. Zo heeft de arbeidsjurist bijvoorbeeld de juiste formats voor de brieven die je moet versturen.

4. Doe ik voldoende aan re-integratie? 

Het eerste doel van re-integratie is volledige terugkeer in de eigen functie. Lukt dit niet dan is het aanpassen van de eigen functie een goede tweede. Als ook dat niet kan, wordt van de werkgever verwacht dat er aangepast werk wordt gezocht. Als je twijfelt of je het goed doet, kun je het UWV om een deskundigenoordeel vragen. Dan weet je of je op de goede weg bent of kun je op tijd bijsturen. En bijkomend voordeel is dat het UWV geen loonsanctie kan opleggen over het deel van de re-integratie waarover een positief deskundigenoordeel is afgegeven. 
 

5. Mijn medewerker moet een WIA-uitkering aanvragen. Hoe kan ik daarbij helpen? 

Als manager nodig je de medewerker uit om te bespreken wie wat moet doen en wat de mogelijke uitkomsten van de WIA-beoordeling zijn. Jouw HR-adviseur en de re-integratieadviseur kunnen je hierbij helpen. De medewerker moet de aanvraag altijd zelf doen en stukken opsturen naar het UWV. Als werkgever moet je het re-integratiedossier (dat zijn alle stukken die je de afgelopen twee jaar hebt opgesteld en een actueel oordeel van de bedrijfsarts) uploaden naar het UWV (via het werkgeversportaal). 
 

6. Hoe zit het met loon en uitkering na 2 jaar ziek? 

Na 104 weken stopt de loondoorbetaling niet. In de CAO Rijk staat dat de uren dat de medewerker niet werkt, net als in het tweede ziektejaar voor 70% worden doorbetaald. De uren dat de medewerker re-integreert worden volledig betaald. Vaak duurt het een tijdje voordat je de medewerker opnieuw hebt geplaatst of het ontslag is geregeld. Om problemen met verrekening achteraf te voorkomen, vraag je de medewerker in het gesprek voorafgaand aan de WIA-aanvraag of de medewerker de WIA-uitkering en het AAOP (ABP Arbeidsongeschiktheidspensioen) tot de datum van herplaatsing of ontslag aan de werkgever wil laten uitbetalen. Vanaf de datum dat de medewerker is herplaatst of ontslagen moeten deze uitkeringen naar de medewerker gaan. 
 

7. Ik wil afscheid nemen van een medewerker. Wat betekent het recht op WW/BW voor mij als werkgever? 

Het Rijk is als onderdeel van de overheid eigenrisicodrager voor de Werkloosheidswet. Dit betekent dat de WW-uitkering altijd ten laste van het budget van jouw ministerie komt en dus niet alleen het bovenwettelijke deel. Vaak is ook een transitievergoeding verschuldigd. Afhankelijk van het maandinkomen en het aantal jaren dat de medewerker bij het Rijk heeft gewerkt kan de transitievergoeding oplopen tot een bedrag van € 86.000 (of een jaarinkomen als dat hoger is). Je neemt als eigenrisicodrager de rol van het UWV over. Dit betekent dat je als werkgever niet alleen de uitkering betaalt, maar ook de re-integratie naar ander werk van het UWV overneemt. 

Reactie toevoegen

U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.

* verplichte velden

Uw reactie mag maximaal 2000 karakters lang zijn.

Reacties

Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.